Samen zoeken naar oplossingen.

Mentale belastbaarheid ##

FACTSHEET- MENTALE BELASTBAARHEID

DEFINITIE

Mentale belastbaarheid of psychische belastbaarheid is de mentale (werk)last die een individu kan dragen. Mentale belastbaarheid is gerelateerd aan vitaliteit, vermoeidheid, veerkracht en de mate waarin een persoon controle ervaart over zijn leven.

METEN

Mentale belastbaarheid is, net als lichamelijke belastbaarheid, een onderdeel van de WorkAbility Index. Daarin wordt de relatie tussen mentale belastbaarheid en werkvermogen gelegd. Mentale belastbaarheid kan op diverse manieren in kaart worden gebracht, o.a. met de SF12 (Ware et al., 1996) en SF36.

TOEPASSINGSGEBIED

Algemeen

Werknemers met emotionele problematiek en depressieve symptomen hebben een verhoogde kans op ziekteverzuim, verminderde productiviteit en arbeidsongeschiktheid (Wagner et al., 2013)(bewijskracht****).

Ziekte specifiek

Artrose: geen informatie beschikbaar.

Astma & COPD: geen informatie beschikbaar.

Borstkanker: een laag emotioneel welzijn is geassocieerd met werkloosheid en gemiste werkdagen bij vrouwen die 4-42 maanden geleden gediagnosticeerd zijn met borstkanker (fase I-III) (Avis et al., 2005)(bewijskracht **).

Depressie: geen informatie beschikbaar.

Hart- en vaatziekten: vitaliteit is positief geassocieerd met terugkeer naar werk 5-6 maanden na een acuut hartinfarct (Brink et al., 2008)(bewijskracht**).

Lage rugklachten: geen informatie beschikbaar.

Reumatoïde artritis: een slecht ervaren mentale gezondheid is geassocieerd met een verminderde productiviteit op het werk (Geuskens et al., 2008)(bewijskracht**). Er is geen associatie tussen de ervaren mentale gezondheid en ziekteverzuim (Van Vollenhoven et al., 2010)(bewijskracht **).

INTERVENTIES

Depressie

Interventies om de mentale belastbaarheid te verhogen kunnen zich richten op verhogen van weerbaarheid en verhogen van controle. Voorbeelden van interventies: oplossingsgerichte therapie (problem solving), beheersbaar maken van problemen (Bee et al., 2010), stressreductie (Willert et al., 2011) en cognitieve gedragstherapie. Cognitieve gedragsmatige therapie was vooral effectief als deze werd gerelateerd aan de werksituatie (Blonk et al., 2006; Lagerveld et al., 2012) (bewijskracht ****).

Een werk gerelateerde aanpak gericht op het wegnemen van barrières voor terugkeer naar werk, waarbij de leidinggevende nadrukkelijk werd betrokken, was vooral effectief bij degenen die van plan waren terug te keren in werk (van Oostrom et al., 2009)(bewijskracht **). Oplossingsgerichte therapie had geen effect op terugkeer naar werk (Brouwers et al., 2006; Rebergen et al., 2009)(bewijskracht ****). (Ondersteunende) psychiatrische behandeling was effectief (van der Feltz-Cornelis et al., 2010) (bewijskracht **). 'Collaborative care' had weinig effect op vermindering van depressieve klachten en geen effect op terugkeer naar werk (Vlasveld et al., 2012) (bewijskracht **).

BRONNEN

Richtlijnen & protocollen

NVAB – richtlijn depressie

NVAB – richtlijn overspanning en burnout

NVAB – richtlijn psychische problemen

NVAB – richtlijnWerkdruk

Websites

Trimbos instituut

Toolbox werk en psychische klachten (NIP)